De pion by Steven James

Author:Steven James [James, Steven]
Language: nld
Format: epub
Tags: Thriller, Crimethriller
Publisher: Vbk Media
Published: 2010-04-30T22:00:00+00:00

*

Op zekere dag, na schooltijd, zat Aäron achter de zuidelijke vleugel van het groepshuis een sigaretje te roken, buiten het zicht van het woongedeelte van de leiding. En zoals gewoonlijk in april in Mississippi was het warm en vochtig. Het was een vochtigheid die je kon proeven.

Net nadat hij de sigaret had opgestoken, hoorde hij geluiden in het bos, niet eens zo ver weg. Gekrijs. Heel hoog, primitief, niet menselijk.

De geluiden kwamen bij een open plek vandaan, iets verderop. Aäron kende die plek wel. De tieners zochten elkaar daar ’s avonds laat wel eens op om een kampvuur aan te leggen en dan wat te drinken of marihuana te roken.

Hij hoorde het geluid nog eens. Wat was dat?

En toen klonk er gelach op. Rustig en ontspannen. En een kille stem die tussen de bomen door sijpelde. ‘Dat vind je prettig, of niet?’

Aäron zag beweging op de open plek en liep stilletjes het pad op.

Nog een schreeuw, scherper deze keer. Absoluut niet menselijk. Een dier.

Wat was hier aan de hand?

Hij moest het zien.

Maar toen brak de gil abrupt af, opgeslokt door een uitbarsting van vreemde, vochtige, gorgelende geluiden. ‘Zo. Dat is beter,’ zei de stem.

Aäron sloop naar voren en gluurde tussen de struiken door. Hij was nu dicht genoeg genaderd om een knielende figuur te ontwaren, die iets met zijn handen deed en erbij neuriede. Waar hij dan ook mee bezig was, het lag uit het zicht.

Aäron deed nog een stap dichterbij. Wie was dat? Alleen zijn rug was zichtbaar.

Misschien was het de beweging in zijn ooghoeken, misschien het zachte geluid van voetstappen op de bosgrond, maar de figuur hield op met wat hij aan het doen was. Hij bevroor. En Aäron ook.

De tijd leek stil te staan. Voor Aäron rook dat moment naar een voorjaarsbui, vermengd met bloemen en aarde en bloed. En toen draaide de persoon voor hem zijn hoofd om en stond tegelijkertijd met één soepele, slangachtige beweging op. Aäron herkende hem meteen.

‘Hallo, Aäron.’ In Sevrens hand lag een zakmes dat was besmeurd met donker bloed. Er droop nog meer bloed van zijn handen en onderarmen.

De blik van Aäron volgde de bloeddruppels. En toen zag hij wat zijn kamergenoot met de kat had gedaan. Op de een of andere manier was het arme schepsel nog steeds in leven. Wat er over was van zijn kop schommelde oncontroleerbaar heen en weer, en bleef uiteindelijk op Aäron gericht staan. Het beest probeerde naar hem te kijken. Maar hij had geen ogen meer om dat te doen.

‘Wat doe je, Sevren?’

‘Een experimentje.’ Sevren hield zijn hoofd een klein beetje scheef en schudde zijn vingers droog, waarbij er druppels bloed op de jonge blaadjes spetterden. ‘Je zegt het toch tegen niemand, hè?’

Heel even dacht Aäron erover om weg te rennen. Ergens diep onder het gorgelen van de stervende kat hoorde hij de geluiden van de jungle en het gegil en de smeekbeden van de stervende kinderen. En de baby’s die in het donker huilden.

Ergens onder die geluiden.

De droom riep hem. Hij dacht erover om weg te rennen, bij Sevren vandaan, bij deze open plek vandaan, bij alles vandaan.

Download

Copyright Disclaimer:
This site does not store any files on its server. We only index and link to content provided by other sites. Please contact the content providers to delete copyright contents if any and email us, we'll remove relevant links or contents immediately.